Lekker lang kind!
Zijn Nederlanders echt de beste opvoeders ter wereld, zoals in het onlangs verschenen boek ‘De gelukkigste kinderen van de wereld’ wordt beweerd? Voor velen is het grootbrengen van kinderen tot zelfstandige en vooral ‘gelukkige’ volwassenen het doel. Maar is dat laatste wel het belangrijkste criterium om de opvoeding te beoordelen? Hoe meet u geluk eigenlijk?
Hoogleraar pedagogiek Micha de Winter
Het onderwerp lokte meteen commentaar uit, maar iedereen wil natuurlijk best beamen dat wij het goed doen. Dat het toch vaak tobben is voor de ouders is algemeen bekend. Hoogleraar pedagogiek Micha de Winter geeft voor hen nog eens helder de lijnen aan: “Uit onderzoek weten we dat kinderen behoefte hebben aan grenzen, want die bieden ook veiligheid en structuur. Een grenzeloze opvoeding is dus niet goed. Het mengsel van steun en toezicht luistert heel nauw, u kunt niet een van de twee weglaten. Het is dus goed om ruimte te geven aan uw kinderen, maar ze hebben net zoveel behoefte aan grenzen en duidelijkheid.”
Meer verplichtingen voor ouders
Behalve ‘goed’ opvoeden hebben ouders meer verplichtingen. De wetgever breidt die af en toe verder uit. Onze hoogste rechter heeft een paar maanden geleden nog eens duidelijk gemaakt dat ouders ook ná de meerderjarigheid van hun kinderen meer verplichtingen hebben dan menige vermoedde. De Hoge Raad bevestigde: totdat een kind 21 jaar oud is, kunnen ouders hun kind niet verplichten om te gaan werken en zelf in zijn onderhoud te voorzien.
Nederlandse kinderen gelukkigste ter wereld
Kort gezegd: zelfs als het kind kan werken, maar niet eens solliciteert, moeten de ouders blijven betalen. Misschien reden temeer waarom uit onderzoek van Unicef blijkt, dat Nederlandse kinderen, zo niet de gelukkigste ter wereld, in elk geval het meest tevreden zijn met hun ouders.
5 februari 2017